Ten gronde

Een slotbeschouwing en relativering in het perspectief van de tijd.

We hebben in beide voorgaande hoofdstukken de positie van de therapeut als de gebruikte methodiek bij Gestalttherapie kritisch beschouwd. Ik wil in dit afsluitende hoofdstuk de waarde van Gestalt zoals ik die in het hoofdstuk ‘Heil van Gestalttherapie’ beschreef nog eens naar voren halen. Als geen andere psychotherapeutische benadering begeeft zij zich tot aan de grens van het niet benoembare en niet kenbare. We noemen dit ook wel de authentieke ontmoeting. Zij staat open voor, wat Martin Buber (1923) in ‘Ich und Du’, beschrijft als de Ik-Gij relatie. Meer kan zij niet doen gegeven het niet-authentieke van de ontmoeting binnen het kader van de psychotherapeutische hulpverlening. Het oneigenlijke van de therapeutische ontmoeting werd beschreven in het hoofdstuk ‘Gestalttherapeut buiten spel’. De grote waarde van Gestalt vind ik dat zij deze onoplosbaarheid voor zover mogelijk onder ogen ziet en hierover in dialoog blijft. Ze hoedt zich ervoor om zich te verschansen in de schijnbare zekerheid van een theoretisch bouwwerk. De openheid voor het grensgebied van het niet-weten en voor de ontmoeting is de grote waarde van de Gestaltbenadering. Zij wordt daarin vaak niet begrepen. Haar ogenschijnlijke kwetsbaarheid is tevens haar fundament.

Gestalttherapie heeft zich de afgelopen vijftig jaar als een psychotherapeutische mensbenadering ontwikkeld. Zowel in haar theorie als uitgewerkt therapiemodel heeft ze vorm gekregen. Maatschappelijk voldoet ze aan de eisen van de huidige regelgeving. Er is een certificering en ethische code die de kwaliteit bewaakt. Deze erkenning laat zich te gelde maken bij verzekeringsinstanties die deze therapievorm vergoeden. Gestalt heeft zich een plaats onder de zon verworven.

Tot zover loopt alles naar wens. In wezen is er echter niets nieuws onder de zon. Gestalttherapie is maatschappelijk een verschijnsel dat voortkomt uit de structuur van deze tijd. We zijn een psychotherapeutische richting omdat er in deze tijd psychotherapieën ontstaan. Dergelijke sociale structuren gaan en komen. Gestalt als psychotherapeutische mensbenadering zal geen eeuwigheidswaarde hebben. Ze bloeit in de grond van deze tijd en zal in de tijd ooit sterven.

Hetgeen in Gestalt wordt uitgedragen is evenmin nieuw onder de zon. Het is wat in vroeger tijden en andere culturen in velerlei vorm tot uitdrukking is gekomen. Het is verwant aan wat in diverse mystiek/religieuze stromingen verkondigd wordt. Gestalt heeft de fakkel overgenomen in de taal van deze tijd. Met de zorg voor het vuur van de fakkel dient zij de inhoud van de zaak. De praktische zorg voor het instituut Gestalt betreft de vorm waarin het momenteel gegoten is. Dit laatste is een jas die na verloop van tijd versleten zal zijn. Dit relativerende perspectief nodigt uit om over de grenzen van onze huidige besognes heen te kijken. Het hoe van de Gestaltbeweging, hoe zij haar plaats inneemt en in contact staat met de huidige samenleving, is belangrijker dan haar vestiging en bevestiging als sociale structuur.

Gestalt als beweging is op zichzelf als een experiment te beschouwen. Het is ooit begonnen in de zoektocht naar een authentieke vorm van psychotherapeutische hulpverlening. Dit zoeken kwam voort uit de hulpvraag die cliënten stelden  maar ook uit een maatschappelijke nood in de naoorlogse jaren. Het zijn diepe onderstromen die deze ontwikkelingen op gang zetten. Het antwoord dat in Gestalt met haar mens en maatschappijvisie gevonden werd was het experiment om te zien wat dit voor veranderingen bij zowel de individuele cliënt als bij de maatschappij in groter verband teweeg zou brengen. Het bleek niet een kortstondig gespetter maar een stroming die ons vijftig jaar later nog steeds beweegt. Net als bij de experimenten in de therapeutische setting gaat het er de Gestalt als organisatievorm niet om een vooraf bepaald doel te bereiken maar om het proces dat teweeggebracht wordt. Het ontwikkelen van Gestalt als psychotherapeutische methode kan, uitgaande van haar grondbeginselen, niet het doel van Gestalt zijn. Als experiment verruimt het de blik op de dynamische krachten die in ons maatschappelijk veld werkzaam zijn. Het bevordert de dialoog tussen deze krachten. Haar grondbeginselen bewegen Gestalt tot een open en verfrissende dialoog met haar omgeving. Een duidelijke positionering in het maatschappelijke veld is hierbij noodzakelijk. Ze zal duidelijk moeten zijn in waar ze voor staat en waarin ze verschilt van andere therapieën en geloofsstromingen. De gelederen van de gereglementeerde psychotherapie brengen het gevaar met zich mee dat hieruit voortkomende kaders deze positionering laten vervagen. Dit kan het vuur van de dialoog voortijdig smoren.
Het formuleren van methodieken, behandeldoelen, diagnostiek, prognoses, wetenschappelijke verifieerbaarheid komen voort uit een positivistisch denkkader. Dit denkkader is niet alleen het uitgangspunt van het wetenschappelijk bedrijf maar weerspiegelt de basale verhouding die we tot de ons omringende materiële en sociale wereld hebben. We zijn allemaal onderzoekers in de zin dat we oorzaken willen weten. Als de aardappelen aanbranden willen we weten waardoor dit komt om een herhaling te voorkomen. Als we ons eenzaam voelen willen we weten wat we hier aan kunnen doen. Het opsporen van causaliteiten vormt de basis waarop we ons tot de wereld verhouden. Het levert ons veel op.

Het velddenken heeft, zoals in het betreffende hoofdstuk beschreven, een totaal andere grondslag. Het biedt een ander uitgangspunt om ons tot het ons omringende te verhouden. Het is juist dit uitgangspunt dat de rijke voedingsbodem biedt voor de veranderingen die in Gestalttherapie naar voren komen. Het is wat ook in bredere zin een verrijkende en verdiepende verhouding tot het leven kan bieden. Het is niet zozeer van belang dat Gestalttherapie erkend wordt, zelfs niet dat ze blijft voortbestaan. Het is een eerste verantwoordelijkheid van de Gestaltbeweging om te waken over haar grondbeginselen. In het vuur van de dialoog die hieruit voortkomt kan leven ontvlammen.